zaterdag 23 mei 2015

Samenvatting hoofdstuk 4

4.1 Vrijheid en Democratie


Het hoofdstuk gaat over onze grondrechten en de handhaving daarvan.


 Hoofdstuk 4.1 De rechtsstaat


 Staat en overheid

Een staat is een land met leiding en een eigen leger, politie en douane.
De overheid is de algemeen erkende leiding en belast met het hoogste gezag (soeverein gezag).
De leiding van de staat wordt gevormd door de regering en het parlement.
We ontleden onze identiteit aan gemeenschappelijke afstamming, taal en cultuur. Het wijst naar een staat als politieke eenheid, aangeduid met nationale staat.

We spreken van een staat door 4 voorwaarden:
- Een staat moet een bepaald grondgebied hebben met duidelijke grenzen
- Op het grondgebied moeten mensen wonen, ongeacht de taal die ze spreken
- In een staat bestaat een soeverein gezag (soeverein betekend hoogste gezag, hoeft verder geen verantwoording af te leggen aan een ander orgaan)
- De staat moet erkend zijn door andere staten (bv. de VN)

Hoogste goed van de staat is beschermen van het menselijk leven (veiligheid).

Daarna komt:
- vrijheid
- gelijkheid
- privacy
- meningsuiting
- godsdienst


 Omschrijving staat

Een organisatie die binnen een bepaald grondgebied het legitieme geweldsmonopolie bezit. De staat mag gehoorzaamheid aan wetten met geweld afdwingen. 


 Rechtsstaat

Men spreekt van een rechtsstaat als er aan de volgende voorwaarden is voldaan:
- De overheid is gebonden aan bepaalde regels en wetten (legaliteitsbeginsel)
- Alle burgers hebben gelijke rechten (gelijkheidsbeginsel)
- Er bestaan grondrechten, opgenomen in de Grondwet
- het principe van machtenscheiding
- een onafhankelijke rechterlijke macht

Legaliteitsbeginsel

Artikel 16 van de Grondwet is : 'Geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan voorafgegane wettelijke strafbepaling'.
Deze regel biedt burgers twee zekerheden:
een strafbepaling mag geen terugwerkende kracht hebben en
de wet mag gedrag strafbaar stellen
Dat heet legaliteitsbeginsel.
Het doel is om willekeur van de overheid te voorkomen


 Gelijkheidsbeginsel

Artikel 1 van de Grondwet: 'Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen behandeld...'
Dit is het gelijkheidsbeginsel.
Dit houdt in dat er geen discriminatie is en mag in het land.


 Machtenscheiding

Nederland is ingericht volgens het principe van machtenscheiding.

We hebben drie machten:
- uitvoerende macht (regering)
- wetgevende macht (het parlement en de regering) en
- rechtsprekende macht (de gerechtshoven)

De machtenscheiding is bedoeld tegen machtsmisbruik van een orgaan. Als een rechter bv. in dienst zou zijn van de gemeente, en jij hebt een probleem met de gemeente, zou de rechter bevooroordeeld zijn in voordeel van de gemeente.


 Verzorgingsstaat

Een verzorgingsstaat is een rechtsstaat waarbij de overheid streeft naar verbetering van welzijn en welvaart van de burgers. In de Grondwet zijn daarom 'verzorgende' overheidstaken opgenomen.
Het sociale zekerheidstelsel is het hart van de verzorgingsstaat. Dit stelsel waarborgt burgers een bestaansminimum.
In de verzorgingsstaat heeft de overheid twee belangrijke functies:
- allocatie, zoals (her)verdeling van inkomens; topinkomens worden zwaar belast, een deel van deze belastinginkomsten worden weer verdeelt onder het volk met minder inkomen in de vorm van bijstand of zorgtoeslag.
- participatie, zoals stimulering van arbeidsdeelname, werkervaringstrajecten en omscholingsprojecten voor werkzoekenden


 4.2 Grondrechten


Grondrechten beschermen burgers tegen willekeur van de overheid. Een deel van onze grondrechten staan in de Grondwet, de rest vloeit voort uit internationale verdragen.


 De Grondwet

Onze belangrijkste wet is de Grondwet, de constitutie.
Alle andere wetten moeten daarmee kloppen. Het is dus de basis van onze wetgeving.


 Indeling van de grondrechten

Grondrechten zijn als grondbeginselen van een democratische rechtstaat in de eerste plaats en vooral gericht tegen machtsmisbruik door de overheid jegens burgers. Ze gelden ook in verhouding tussen burgers onderling; dat noemt men horizontale werking of derden werking.

Burgers hebben twee soorten grondrechten:
- Klassieke (individuele) grondrechten. Deze beschermen burgers tegen de overheid
- Sociale grondrechten. Deze bestaan uit verplichtingen van de overheid naar de burgers toe


 Klassieke grondrechten

Klassieke grondrechten geven je als burger vrijheden om te doen.

De belangrijkste klassieke grondrechten:
artikel 1  : het recht op gelijke behandeling
artikel 6  : het recht om je godsdienst of levensovertuiging vrij te belijden
artikel 7  : het recht op vrijheid van meningsuiting en van drukpers
artikel 8  : het recht op vereniging
artikel 9  : het recht op vergadering en betoging
artikel 10: het recht op eerbiedig van de persoonlijke levenssfeer
artikel 11: het recht op onaantastbaarheid van het lichaam
artikel 12: het verbod op het binnentreden van de woning tegen de wil van de bewoner

Een aantal van deze vrijheidsrechten gelden niet onbewerkt. In praktijk mogen de grondrechten worden beperkt ter bescherming van de openbare orde.


Het Wetboek van strafrecht verbiedt bijvoorbeeld:

- belediging
- discriminatie
- pornografie
- godslastering
- majesteitsschennis 

Leugens publiceren of informatie verstrekken waar geheimhouding op rust in het belang van de staat is verboden en strafbaar. Je mag ook niet opruiend uitlaten in woord en geschrift of oproepen tot (rassen)haat en discriminatie.


 Sociale grondrechten

Sociale grondrechten waarborgen een menswaardig bestaan voor de burger.
De Grondwet noemt als sociale grondrechten:
artikel 18: het recht op arbeid
artikel 19: het recht op sociale zekerheid
artikel 20: het recht op bewoonbaarheid van Nederland en een beschermd leefmilieu
artikel 21: het recht op gezondheidszorg
artikel 22: het recht op onderwijs

Deze grondrechten hebben een verplichtend karakter voor de overheid.
Burgers hebben net zo goed plichten die door middel van wetten worden opgelegd, zoals de belastingplicht of leerplicht.


 Europese Grondwet

Deze is in 2009 in werking getreden.
Dit is een akkoord over een grondwettelijk verdrag voor de Europese Unie.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten